Zuchten en vibrato’s uit het Amsterdamse volkslied tillen ‘Onze Jordaan’ naar een hoger niveau
“Het is mijn buurt niet meer…” De tekst van Willy Alberti’s ‘The Neighborhood’ galmt door de kamer, bitterzoet en melancholisch. Aanzwellende accordeonmuziek, platte Amsterdamse accenten, stemmen waar snikken in zitten. “Het is voorbij…”
Bestaat de rivier de Jordaan nog? Je zou het denken: ter gelegenheid van het 750-jarig jubileum van Amsterdam is er zelfs een bijzondere musical gemaakt om de beroemde buurt te vieren. Tegelijkertijd is dezelfde musical gevuld met de onontkoombare melancholie die veel oude Jordaniërs delen; van eindeloze heimwee naar hun vroegere buurt. Niet de huidige Jordaan, nee – de oude Jordaan. Hun Jordaan. “Ik ging op zoek naar die buurt”, zingt de cast. “Die buurt bestaat niet meer. Alleen in boeken en foto’s van vroeger.”
Onze Jordaan komt uit de pen van acteur en tv-maker Diederik Ebbinge, die zich voor het eerst waagde aan het schrijven en regisseren van een musical. Na zijn repertoire van satirische programma’s moest de toon van deze musical serieuzer worden. Minder ironie, meer oprechte emotie. En dat is opmerkelijk succesvol gebleken.
Lees ook
Diederik Ebbinge maakt ironievrije musical over de Jordaan: ‘Ik wil de harten van mensen verzachten’
Wijziging
Centraal in het verhaal staat de familie van Greet (Ellen Pieters): zij verliest haar echtgenoot Jopie (Richard Spijkers) op de Dam op 7 mei 1945, wanneer een groep Duitsers het vuur opent op een menigte gelukkige Amsterdammers die de aanstaande bevrijding vieren. Jopie overlijdt en Greet blijft achter in hun huis in de Jordaan, met baby Jan (Peter Gijsbertsen) en dochter Loes (Roosmarijn Luyten). De kinderen groeien op bij een knorrige moeder, die altijd bang blijft voor verlies en verandering.
Maar verandering houdt je niet tegen. Kinderen groeien op, wijken worden gerenoveerd, jaren gaan voorbij. Onze Jordaan maakt sprongen door de tijd om die veranderingen te benadrukken en te laten zien welk effect ze hebben op een personage als Greet. In een verzorgingshuis in Amsterdam-Noord kijkt ze terug op haar Jordaanse leven en moppert ze over van alles, ook over haar verzorger van Nederlands-Turkse afkomst. Dat is de enige verhaallijn die af en toe een beetje op de zenuwen werkt: het vergt geduld van de verpleegster om alle toespelingen op haar afkomst glimlachend opzij te zetten en haar cliënte te laten beseffen dat ze best veel gemeen hebben.
Lees ook
Tenor Peter Gijsbertsen speelt in musical ‘Onze Jordaan’: “Ik moet hier alles op alles zetten”
Onhandige interacties
Al passen die ongemakkelijke interacties goed bij de eerlijkheid en empathie waarmee het verhaal is geschreven. Ebbinge schetst geen idyllisch beeld van de oude Jordaan. ‘Vroeger’ was er wellicht meer solidariteit, maar een buurt is nooit perfect. Niet iedereen was welkom, niet alles was bespreekbaar. Wanneer de sluimerende spanning binnen Greets familie nog groter wordt door vragen over Jans geaardheid, lijkt een breuk onvermijdelijk.
Zeepachtig en sentimenteel wordt dat familiedrama zelden dankzij de geestige dialogen, de chagrijnige vloeken en de Amsterdamse nuchterheid van alle personages. Dat is op zichzelf lovenswaardig, maar wat dan nog Onze Jordaan wat het echt onderscheidt zijn de fantastische muzikale arrangementen van Jeroen Sleiffer. De beste ontdekking van de makers was om van Greets echtgenoot een belcantozangeres te maken en de musical te vullen met een mix van operamuziek en tranentrekkers, slim gemonteerd en ontzettend goed gezongen. De snikken en vibrato’s van het Amsterdamse volkslied stijgen op Onze Jordaan naar een hoger niveau.