In de voorstelling ‘Ocean Breeze’ beland je samen met de chronisch zieke Monica in een nachtmerrie
Terwijl ze een nieuwe kaars overhandigt, valt Monica Bos, een geurkaarsenverkoopster in een luxe warenhuis, gespeeld door een mooie, gedistingeerde, kwetsbare Bien de Moor, plotseling flauw. Eén keer flauwvallen is niets bijzonders, zegt de dokter, maar dan gebeurt het weer. Monica weet het: er is iets heel erg mis.
Na uitgebreid onderzoek – tests op allergieën, bloeddruk, hart, de hele boel – is er nog steeds geen verklaring. En zo belandt Monica in het ongewisse van ‘onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten’. Mensen met chronische gezondheidsklachten waar artsen geen verstand van hebben worden daarom nauwelijks serieus genomen, noch door die artsen, noch door leken. Want als medisch niets bewezen kan worden, zo luidt de redenering, ‘dan valt het wel mee, toch?’
Naar schatting heeft ongeveer 2,5 procent van de Nederlandse bevolking, voornamelijk vrouwen, last van chronische, onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten. Dat maakt het tot een maatschappelijk urgent thema. Maar hoe maak je theater over chronische ziekten? Want zoals Lisanne van Aert (die het script schreef) terecht opmerkt in een interview op de website van theatergezelschap NITE: “Een plotlozer drama krijg je niet.”
Plot of niet, regisseur Mart van Berckel weet Monica’s reis door de hel om te zetten in uiterst spannend theater. Confronterend theater ook, omdat het simpele feit dat chronische ziekten bestaan in een wereld die de neiging heeft kracht en hoop te putten uit het idee dat bijna alles in het leven haalbaar is, iets is waar mensen zich meestal liever niet te vaak aan herinneren. Meeslepend theater ook, want in Oceaanbries ons wordt het verhaal van Monica niet ‘verteld’; wij mogen het ervaren.
Kromme wereld
De steeds somberder wordende enscenering van Van Berckel doet enigszins denken aan de film Requiem voor een droom (2000), waarin Darren Aronofsky de bedwelmde toestand van personages in beeld bracht met behulp van vervormende cameralenzen en vervormd geluid. In Oceaanbries de vervormingen vinden plaats in de set (Vera Selhorst), in kostuums (Joris Suk), in het spel van de personages rondom Monica en in een fantastische geluidsset (compositie van Mauro Casarini, percussie door Dirge Seçil Kuran), alles perfect op elkaar afgestemd. afgestemd en precies goed, steeds vervreemdender, waardoor je het gevoel krijgt dat je samen met Monica in een nachtmerrie leeft.
Je ervaart hoe de wereld na die eerste val een beetje scheef lijkt; Monica’s woonkamer is een licht hellend vlak. Je ervaart de sluier die om de vrouw lijkt te zijn opgetrokken, waardoor ze als door een mist de buitenwereld in zich opneemt. Hoe de afstand tussen haar en de mensen om haar heen groter wordt naarmate ze langer thuis blijft. Je ervaart hoe grof er tijdens al die onderzoeken met haar lichaam wordt omgegaan, hoe haar lichamelijke integriteit wordt geschonden. Hoe haar bezorgdheid evolueert naar wanhoop (“Ik daag je uit om één dag in dit lichaam te leven”), tot regelrechte paranoia.
Je ervaart hoe Monica steun vindt in de Engelse stem in haar hoofd (een grimmige Sanne den Hartogh), wier neoliberale uitspraken (“Je lichaam is ziek omdat je het toestaat ziek te zijn”), die in zekere zin de onuitgesproken overtuigingen weerspiegelen van onze samenleving blijkt ons in een rechte lijn richting zelfmoord te leiden.
Vreemd einde
Hoewel de dynamische structuur van Ocean Breeze bijna perfect is, is alleen het zeer zoete einde opmerkelijk. Wilden Van Aert en Van Berckel hun karakter redden, tegen alle verwachtingen in? Is Monica’s plotselinge vrede met de situatie ironisch bedoeld, en moeten we begrijpen dat dit fictie in fictie is? Of zou elk theatraal einde onrealistisch hebben gevoeld, aangezien het belangrijkste aspect van chronisch ziek zijn is dat er geen einde aan komt?
Want dat is de bittere waarheid die dit belevingstheater uiteindelijk op je indrukt: we applaudisseren, huiveren even, schudden dan Monica’s afschuwelijke ervaring van zich af, drinken een biertje en gaan naar huis. Alle Monica’s, teruggetrokken in hun huizen, achter voile muren, blijven ziek.