Juist de mensen die van het Fries houden, zijn soms (te) streng tegen jonge Friese auteurs
Ja, het is anders om in het Fries te schrijven. Rixt Siderius (19) zoekt normaal gesproken in het Nederlands naar woorden die uitdrukken wat ze bedoelt, maar heeft die ‘zoektocht’ nu in het Fries voltooid. Zij is het Moedertaalmoedertaal. De Friese poëzie raakt haar, zegt ze, omdat de taal dichtbij is, de taal van thuis. Ze draagt een gedicht voor op het podium in een grote glazen kas op het Oldehoofsterkerkhof in Leeuwarden.
Geef me je tong en probeer het dan uit te spreken / het werkt niet / het werkt niet / luister naar mijn geluiden
Buiten rijdt een sneeuwploeg voorbij. Het is donderdagavond, donker in de binnenstad. Aan de vooravond van het festivalweekend van Explore the North, een literair productiehuis en festival met een vast podium in Leeuwarden, verzamelt het publiek zich in de warme kas voor De literaire orgieof: een feestavond voor iedereen die van taal houdt op het podium. De avond begint met leerlingen van het Jonge Schrijversprogramma, een samenwerking tussen Ontdek het Noorden en Jeugdtheaterschool Meeuw, gevolgd door ongeveer vijftig jonge Friezen, waaronder Siderius. Jonge schrijfster Mayte Veenstra (18) zingt haar gedicht, begeleid door gitaar. Het publiek is geboeid. De toon is warm, indringend, de woorden voelen eerlijk aan, ook al versta je ze niet.
Ik sta achter het raam / Ik wacht tot het einde van de dag / Het licht in mijn slaapkamer is uit / Is er daarboven een plek voor mij?
Strikt op fouten
Het kan best spannend zijn om in het Fries op te treden. Mensen die zo van de taal houden, kunnen streng zijn op fouten, zegt Marleen Nagtegaal, artistiek directeur van Explore the North. Makers kiezen zelf welke taal ze gebruiken, maar Nagtegaal stimuleert ze soms om op onderzoek uit te gaan: wat als je dit eens in het Fries probeert?
Ze komen uit ‘literatuur buiten het boek’, zegt Nagtegaal over Explore the North. Alles wat ze doen draait om taal. En dat is veel: workshops, ontwikkeltrajecten, residenties, de vaste Podium Explore in hun pand in Leeuwarden, en ze ondersteunen schrijvers met optredens, wars van vastomlijnde disciplines. In juli werd bekend dat de organisatie structurele subsidies krijgt van de overheid; vanaf 2025 maakt het deel uit van de culturele basisinfrastructuur. Het geld, bijna 500.000 euro op jaarbasis, is mooi, zegt algemeen directeur Mark Hospers. Maar bovenal is het een “erkenning dat wat we hier doen belangrijk is.”
Vroeger moesten schrijvers voor hun ontwikkeling naar Amsterdam, Utrecht of Groningen
Explore the North bestaat sinds 2011 in festivalvorm, maar kreeg vleugels toen Leeuwarden succesvol streed om de titel van Culturele Hoofdstad van Europa. Plotseling was er administratieve en financiële steun. Hospers: “Na ‘culturele hoofdstad’ in 2018 Leeuwarden een geheel nieuw cultureel veld ontvangen.” Ontdek het Noorden is daar een onderdeel van. Vóór 2018, zegt Hospers, moesten schrijvers en kunstenaars voor een podium of ontwikkeling naar Amsterdam, Utrecht of Groningen. “Ik wil niet zeggen dat dit niet meer bestaat, maar het is wel zo dat wij, en andere organisaties, vanaf 2018 een alternatief hiervoor zijn gaan bieden.”
Explore the North heeft bekendere namen geassocieerd (Joost Oomen met zijn poëzievoorstellingen, Yentl van Stokkum geeft les aan de Jonge Schrijvers). Wat ze laten zien is niet altijd binnen één discipline te plaatsen, wat het voor het publiek soms uitdagend maakt, zegt Nagtegaal, “En dat is hier nog lastiger dan in Groningen of Amsterdam. Er was hier bijna niets. En dus was het publiek niets gewend.”
Als Djoeke Graswinckel (20), die op dertienjarige leeftijd begon als Jonge Schrijver, het podium verlaat, wil ze weten of de presentatie beter is verlopen dan de vorige keer. Nagtegaal zegt dat ze “haar publiek goed voelde.” Een veel beter compliment dan ‘ja’, zegt Graswinckel.