Klinisch neuropsycholoog legt uit hoe je risico op dementie verlaagt
Het aantal mensen met dementie neemt toe en het ziet ernaar uit dat die aantallen in de toekomst alleen maar groter worden. Maar wat gebeurt er toch precies in dat brein bij dementie? En kun je ziektes als Alzheimer of parkinson behandelen of voorkomen? Klinisch neuropsycholoog Roy Kessels legt daarover het een en ander uit.
Er zijn zeker vijftig verschillende vormen van dementie. De ziekte van Alzheimer is de meest bekende en meest voorkomende vorm van dementie. In Nederland kampen 210.000 mensen met de ziekte van Alzheimer. De verwachting is dat dit aantal in 2050 op 434.000 staat, volgens de Hersenstichting.
Aandacht voor dementie
Niet gek dus dat dit onderwerp veel onder de aandacht is. Ook een hoop Metro-lezers lazen onder meer over dit vroegtijdige signaal van dementie of wanneer je je geen of juist wel zorgen moet maken over mogelijke dementie-verschijnselen. Afgelopen dinsdag werd bekend dat taxichauffeurs en ambulancebestuurders vanwege hun goedgetrainde ruimtelijke geheugen minder risico lopen om aan alzheimer te overlijden.
Prof. dr. Roy Kessels (51) is klinisch neuropsycholoog en hoogleraar neuropsychologie, verbonden aan de sectie Neuro- en Revalidatiepsychologie van de Radboud Universiteit. Hij doet onder meer onderzoek naar het menselijk geheugen en richt zich op hersenveroudering, de gevolgen van hersenschade door alcohol en dementie. Ook schreef hij samen met collega’s dr. Jurgen Claassen en dr. Petra Spies het boek Wat kun je doen aan dementie.
Wanneer is het dementie?
Kessels legt uit dat er ‘tig’ soorten dementie zijn, zoals parkinson, alzheimer of vasculaire dementie. „Dementie is de verzamelnaam van ziektes die cognitieve stoornissen veroorzaken. Stoornissen in het denkvermogen en andere functies, zoals geheugen, planning, taal of snelheid van denken. Waardoor het functioneren in het dagelijks leven achteruitgaat.”
De hoogleraar benadrukt dat af en toe iets vergeten of een keertje verdwalen, niks zorgelijks hoeft te zijn. „Maar als je bijvoorbeeld het gas laat aanstaan, de deur open laat of vaker de weg kwijtraakt? Dan kan er sprake zijn van dementie.”
„Bij 70 procent van dementiegevallen gaat het om de ziekte van Alzheimer. Maar welke vorm dementie iemand krijgt, is ook afhankelijk van de leeftijd. Bij jongeren (onder de 65 jaar) die dementie krijgen, komt het vaker door andere ziekten.” Eerder schreef Metro over de dementerende Jaap, van slechts 34 jaar oud. „We zijn hem allang kwijt”, vertelde zijn familie over hem.
Vergrijzing
Leeftijd is de grootste risicofactor voor het krijgen van dementie, legt de klinisch neuropsycholoog uit. Waarbij het iets vaker voorkomt bij vrouwen dan bij mannen. Al is daar volgens Kessels een vrij gemakkelijke verklaring voor: „Vrouwen worden nu eenmaal ouder dan mannen.”
Maar waarom stijgt het aantal mensen met dementie? „Dat komt onder meer door de vergrijzing. Mensen worden tegenwoordig ouder, dus komt er ook meer dementie voor. Daarnaast hebben we een andere kijk op cognitieve veroudering. Vroeger werd dat gezien als iets dat bij ouderdom hoorde of daar werd niet over gesproken. Inmiddels weten we dat het een hersenziekte is en hebben we allerlei scans en onderzoeken om dat zichtbaar te maken. Er heerst minder taboe op het praten over ziekte, gezondheid en het geestelijk welbevinden.”
Verandering in het brein
Kessels legt uit wat er in het brein gebeurt bij dementie. „Bij alzheimer zien we dat de hippocampus, een belangrijk hersendeel voor het geheugen, kleiner wordt en verschrompelt door de ziekte. Je ziet daarbij al vroeg die geheugenstoornissen. Die verschrompeling gaat ook verder in de rest van de hersenen en dat verklaart waarom ook die andere denkfuncties achteruitgaan.” Maar bij bijvoorbeeld vasculaire dementie, dat na alzheimer de meest voorkomende dementie-vorm is, zie je weer een ander beeld. „Mensen zijn dan trager en hebben moeite met plannen en het overzicht bewaren. Dat is een ander cognitief profiel en een ander soort schade. Bij vasculaire dementie heeft iemand namelijk schade aan de bloedvaten in de hersenen. En die vaten zijn weer belangrijk voor de grijze en witte stof in het brein.”
De klinisch neuropsycholoog legt uit dat recente inzichten aantonen dat hersenziekten bij ouderen toch vaak samengaan met meerdere factoren. „Je ziet vaak een mengbeeld, dus niet alleen de ziekte van Alzheimer, maar bijvoorbeeld ook vaatschade. Het is de groep jonge patiënten die puur de ziekte hebben, maar die groep is klein. Bij de grootste groep patiënten speelt er dus meer dan alleen één specifieke dementie-vorm. Hoe ouder iemand is, hoe moeilijker het is om die factoren te ontrafelen.” Ook vertelt Kessels waardoor alzheimer in de hersenen kan ontstaan. „De meest gangbare hypothese is dat alzheimer ontstaat door eiwitstapeling in hersenen en daardoor cellen niet goed kunnen functioneren.”
Signalen
Toch vrezen een hoop mensen dat hun vader, moeder, partner of zijzelf ooit een vorm van dementie ontwikkelen. Hoe signaleer je dementie? „Dat herken je aan de impact die de cognitieve problemen kunnen geven, waardoor er echt dingen misgaan. Zoals ik eerder zei: als je af en toe een sleutel of bril vergeet, hoef je je daar geen zorgen over te maken. Ons denken gaat sowieso achteruit als we ouder worden, dat is normaal. Bij dementie merkt vaak de omgeving dat er gekke dingen misgaan. Gedrag dat eigenlijk niet past bij de persoon. Iemand betaalt zijn of haar rekeningen niet meer, terwijl hij of zij dat voorheen wel secuur deed of iemand weet niet meer hoe in te loggen op de computer. Maar het kan ook zijn dat iemand dingen vergeet die je net verteld hebt.”
Volgens de hoogleraar kun je het nodige doen om het risico op dementie te verlagen. „Het is niet zo dat als je gezond leeft, je geen dementie kunt krijgen. Maar sommige risicofactoren zijn wel beïnvloedbaar, zoals roken, alcohol, sociale isolatie, weinig beweging, diabetes of overgewicht. 40 procent van de risicofactoren om dementie te ontwikkelen is potentieel veranderbaar. Door je leefstijl aan te passen kun je daar iets aan doen. Als je goed voor je lichaam en hart zorgt, zorg je direct ook goed voor de hersenen en verminder je de kans op dementie.”
Klinisch neuropsycholoog moedigt gezonde leefstijl aan
Onder meer lichaamsbeweging is goed voor ons brein. Dat betekent volgens Kessels niet dat je iedere dag naar de sportschool moet. „Wandelen of werken in de tuin zijn ook manieren om die lichamelijke energie in te zetten. Maar ook goed slapen is belangrijk. Tijdens de slaap worden namelijk afvalstoffen in onze hersenen opgeruimd. Gezonde voeding met groenten, noten, plantaardige oliën en af en toe vis zijn ook goed voor onze bovenkamer, maar je hoeft echt niet allerlei supplementen te slikken.”
De klinisch neuropsycholoog benadrukt dat je niet te laat met die gezonde leefstijl moet beginnen. „Daar moet je jong mee beginnen, rond je 30e á 40e. Momenteel wordt daar ook onderzoek naar gedaan, wat het effect van leefstijl op de lange termijn op dementie is. Maar dat is moeilijk te onderzoeken.”
Behandeling ziekte van Alzheimer
Volgens Kessels zijn er medicijnen, onder meer voor alzheimer, die het ziekteverloop remmen. „Dat zijn geen wondermiddelen, maar die medicijnen houden patiënten iets langer alert.” Hij vertelt ook over een nieuwe behandeling die zich richt op de eiwitstapeling, die Kessels eerder noemde. „Die behandeling is inmiddels door de European Medicines Agency (EMA) goedgekeurd. Maar daar is ook veel controverse over. Het zijn namelijk dure en ingewikkelde middelen en die zijn maar voor een hele kleine groep beschikbaar. Maar het kan een strohalm zijn voor mensen met dementie. Er zijn meer medicijnen in ontwikkeling, maar die brengen ook hoge kosten met zich mee. Veel mensen hebben immers dementie en daar komen er in de toekomst nog honderdduizenden bij.”
In het Nijmeegse Alzheimercentrum, waar de hoogleraar aan verbonden is, richten de artsen zich meer op het welbevinden van de patiënt. „Hoe zorg je ervoor dat zij het goed hebben? De zorg voor deze patiënten is veranderd. Zij blijven langer thuis wonen en krijgen mantelzorg. En daarnaast werken wij met zogenoemde ‘case managers dementie’, die dichtbij de thuissituatie en de huisarts staan en een vinger aan de pols houden. Dat wordt in de toekomst alleen maar meer.”
Medicijn dat alzheimer de wereld uit helpt?
Een medicijn dat alzheimer volledig doet verdwijnen? Kessels heeft daar nu een hard hoofd in. „Zo werkt het helaas niet. Dementie-medicijnen hebben kleine effecten op een deel van de patiënten. Zoals ik al eerder zei, spelen bij ouderen vaak meerdere factoren een rol. Zo’n medicijn pakt dan één factor aan, maar de anderen blijven bestaan. Een medicijn dat alzheimer volledig de wereld uithelpt? Ik denk niet dat ik dat in mijn leven nog meemaak. Maar er is wel meer aandacht voor leefstijl en dat is een goede zaak.”
Psycholoog Céline heeft autisme: ‘Vrouwen krijgen vanwege stereotype laat of nooit de diagnose’
Vijf symptomen die mannen na hun veertigste niet moeten negeren, volgens artsen