Hoe vinden jonge asielzoekers, gevlucht uit een oorlog, hun weg in ons land?
Hoe is het eigenlijk om als jonge asielzoeker, een tiener nog, je weg in Nederland te vinden? Mopperen over ‘al die asielzoekers’, daar zijn we in ons land – terecht of onterecht – maar al te goed in. Maar je eens verdiepen in het verhaal van deze mensen uit een oorlogsgebied en hoe zij zich in ons koude kikkerlandje vestigen: niks mis mee.
Dat kan vanaf dit weekend vijf zondagen bij de EO met de jeugddocumentaireserie Ik ben nieuw. We zien jonge asielzoekers, tieners dus, allemaal gevlucht uit een oorlogsgebied. Opeens werden zij opgevangen in een locatie als in Ter Apel, vonden zij een nieuw huis, een onbekende school en waren zij ver weg van hun vriendjes thuis. Nou ja, thuis is natuurlijk niet het goede woord. Voor deze asielzoekers bestaat hun geboortegrond als thuis niet meer.
Nederland verdeeld over asielzoekers
Metro mocht de eerste (korte) aflevering van Ik ben nieuw alvast bekijken voor televisie-rubriek Blik op de Buis. Asielzoekers vormen met het huidige kabinet en PVV als grootste partij al maandenlang gespreksonderwerp nummer één. En Nederlanders zijn verdeeld. De ene groep roept onmiddelijk ‘enkeltje retour’, vaak ongeacht de achtergrond van de asielzoekers. De andere groep vindt dat mensen met een duidelijke reden om te vluchten (oorlog, gevaar lopen wegens geaardheid) een plek in ons land moeten hebben.
Dat gebeurt ook, want de PVV van Geert Wilders kan niet alles bepalen. Provincies moeten per 1 juli 2025 aan een x-aantal opvangplekken voldoen, maar dat lijkt alleen Groningen, Friesland, Drenthe, Flevoland en Zeeland te lukken. Ondertussen moeten, als het aan het kabinet ligt, per eind november grenscontroles worden uitgevoerd. Dat moet het aantal asielzoekers dat ons land in wil, indammen.
Kampioen schreeuwen achter een toetsenbord
Zoals gemeld, verhalen aanhoren van (jonge) asielzoekers is altijd een goed idee, voor je een oordeel vormt. Beter dan meteen schreeuwen vanachter je toetsenbord in ieder geval, daar lijken ‘we’ kampioen in geworden. Dat niet alleen trouwens. Deze week nog werden vluchtelingen die naar het Gelderse Ugchelen kwamen, uitgefloten door mensen die daar speciaal voor naar de poort van het asielzoekerscentrum waren gekomen. Deze Metro-kijker kan wel iets beters verzinnen om op je vrije avond te doen. Wel duizend dingen ook.
Zoals naar de verhalen van die jonge asielzoekers in het programma Ik ben nieuw luisteren bijvoorbeeld. De tieners die worden gevolgd komen uit Oekraïne, Afghanistan en Syrië. Allemaal, vier zijn het er, proberen zij hun eigen weg in ons land te vinden. Dat gaat bepaald niet zonder slag of stoot, maar ze hebben dromen en talenten. Die zetten zij in. Deze asielzoekers zitten bij elkaar op school (Internationale Schakelklas) in Sneek. Ik ben nieuw is gemaakt door vijf verschillende regisseurs, Faten Bushehri, Igor Riabchuck, Nour Alkheder, Batoul Karbijha en Yve Baya. Bijzonder: alle filmmakers hebben zelf een migratie-achtergrond.
‘Hoi mevrouw!’, roept Karim op het fietspad
In de eerste aflevering staat Karim centraal, bijna 13, uit Syrië. Hij woont nu in Makkum en houdt van voetballen. Zijn Nederlands is nog lang niet perfect, maar hij leert hard. Als hij fietst, prevelt hij woordjes en roept ie ‘hey mevrouw!’. ‘Doei’ kent hij ook al, net als zijn moeder. Karim mist vooral zijn game-vriendje uit Syrië, maar hij doet in Friesland z’n best.
„Nederlanders zijn heel aardig”, zegt de jonge asielzoeker tegen z’n moeder. Hij heeft het dan ongetwijfeld niet over internet-Nederlanders en uitfluit-Nederlanders. Maar goed, het leuke joch is 12. Bij taalles moet Karim een zin met ‘koffer’ bedenken. Hij komt tot een keurige ‘ik wil met mijn koffer op vakantie naar Syrië’. Met zo’n zin weet je eigenlijk al hoe er op hem, ook al is hij jong, door veel mensen zal worden gereageerd. Al vraag ik me af of de lui waar ik aan denk überhaupt naar Ik ben nieuw zullen kijken.
Verhalen hadden uitgebreider gemogen
In de week na Karim ziet de tv-kijker Ivan uit Oekraïne, die graag gitaar speelt en fotografeert. Dan volgt Nay, net als Karim een Syriër, die non-stop dansvideo’s maakt voor TikTok en droomt van een danscarrière in de Koreaanse K-pop. De ambitieuze Zenat sluit af. Zij komt uit Afghanistan, speelt piano en wil schrijfster worden.
Al met al hoop je als kijker dat deze kids slagen in datgene wat ze allemaal vol passie doen. Hun verhalen hadden echter veel langer mogen zijn. Het is leuk om Karim op de kermis tijdens de Sneekweek te zien en hoe hij daar weer zinnetjes leert als ‘mag ik een kaartje kopen?’. Maar wat achterwege blijft is zijn geschiedenis en situatie in oorlogsgebied in Syrië. Dat was in Ik ben nieuw – ook gezien de titel – blijkbaar niet het uitgangspunt. Het had de verhalen echter compleet gemaakt. Veel Nederlanders hebben complete verhalen nodig om te begrijpen wie er allemaal naar ons land komen.
Aantal blikken uit 5: 2,5
Ik ben nieuw is vanaf zondag (3 november) vijf weken om 19.20 uur bij de EO op NPO 3 te zien. Terugkijken kan via NPO Start.
Pubers… aandoenlijke tieners of ondraaglijke wezens met een standaard ochtendhumeur?
Als je zou kunnen chatten met de doden, je overleden dierbare, zou je dat dan doen?