Nederland

Kippenvel bij de brul van Opeth en Kim Deal klinkt bevrijd op haar debuutalbum

Brullende woede van de andere kant op de beste Opeth in jaren

Kippenvel, tranen, ik geef het allemaal toe. Toen begin augustus de eerste nieuwe single van Opeth online kwam, en ik deze om middernacht beluisterde in een tent in de Bourgogne met de telefoon tegen mijn oor om mijn partner en kinderen niet wakker te maken, was het meteen het eerste gebrul dat heeft mij diep geraakt. . Zo intens en extreem, en toch met zo’n gevoel van thuiskomen. Eerst een messcherpe riff en wat spookhuistoetsenborden, en dan die karakteristieke, intens diepe maar toch wendbare en verstaanbare gruntzang van Mikael Åkerfeldt: “Draaaaap! in de dood !!”. Later die avond zou een zomerstorm bijna de hele tent laten instorten, maar ik was erg blij.

Mikael Åkerfeldtmisschien wel de allerbeste grunter ooit, voor het laatst brulde in 2008 (op Waterscheiding), verloor daarna zijn interesse in death metal en zong alleen nog zonder kaasrasp tussen zijn stembanden. Niet zo erg, want hun later albums bewezen dat de band ook meeslepende muziek kon maken binnen hun favoriete progrock-idioom. Ze schonken geen koffie meer, maar hun thee was nog steeds lekker.

En toch bleef het knagen. Die waren er niet voor niets MAGAcaps (Laat Åkerfeldt weer grommen). Die oudere Opeth-platen zijn zo dynamisch en spannend, juist door de hoge hoogten en lage diepten met de afwisseling van zware stukken en akoestische stukken, waarbij Åkerfeldt in zijn eentje vocaal bergen en valleien in het landschap kon optrekken. Dat werd gemist, ook door de bandleden zelf.

Die dynamiek is terug. Het album, opgedeeld in paragrafen (vandaar de §s), gaat over het voorlezen van het testament van een vooroorlogse patriarch, die een tweeling en een gehandicapt meisje achterlaat. De moeder is al overleden en nu komen er allerlei duistere geheimen over het gezin naar buiten. Een conceptalbum, dat de band uitdaagde om niet alleen wat steviger te spelen, maar ook veelzijdiger en theatraaler te zijn dan ooit. Niet op dezelfde manier als in de jaren negentig, maar op een nieuwe, frisse manier die ook heel goed bij hen past. Het gebrul is daarbij functioneel: de toorn van de vader, brullend van buitenaf in een atmosfeer zo koud als de stemming van een hongerige ijsbeer, wat past daar beter bij dan dat diepe oergegrom?


Lees ook

Grunts kun je leren, het oergebrul van metal: ‘Ik moet wat minder menselijk klinken’

Dan Voorstad, Tijs van Dorsselaer, Kevin Schoonhagen en Nina Grimm (van links) doen springende jacks terwijl ze grommen.

Bij elke luisterbeurt is er weer iets nieuws te ontdekken, om op te letten en om je over te verbazen. Het folkintermezzo in ‘§2’, de sombere zanglijn en dreigende pauken in ‘§7’, de stuiterende melodie van ‘§3’, strijkers, een harp, de orgels, messcherp drumwerk van nieuwe drummer Walteri Väyrynen, geweldig gitaarsolo’s en dan ook nog een prachtige Opethesque pianoballad op het einde. Er is zelfs een verteller, de stem van Ian Anderson van Jethro Tull (“Tweelingen, die zich stukken vlees toe-eigenen, jij bent niet de mijne!” – brrr) die ook zo nu en dan zijn fluit tevoorschijn haalt, hoor je Åkerfeldts dochter Mirjam angstaanjagend galmen in het openingsnummer, en er is zelfs een korte bijdrage van niemand minder dan Joey Tempest uit Europa (je weet wel, ‘The Final Countdown ‘!).

https://www.youtube.com/watch?v=nZmFQE3TlPA

Dat geeft het soms een beetje een Ayreon-sfeer, vooral als de keyboards inslaan en het wordt ook tekstueel heel theatraal – je zou bijna de verouderde term rockopera kunnen gebruiken, maar daarvoor is het veel te leuk, dit is het beste album sindsdien Geestelijke mijmeringen. Het is alsof ze de muziek hebben opgewarmd, de moleculen sneller hebben laten bewegen, alles wat Opeth altijd was uitrekken – progrock, metal, folky, melancholisch – en de horizon ver in alle richtingen hebben geduwd. En dan met dat prachtige gebrul, waar je alle opgekropte woede, verdriet of frustratie in kwijt kunt en met geweld weg kunt schreeuwen. Een gebrul dat gemakkelijk een traan kan veroorzaken.


Kim Deal valt op met sluwe vrouwelijkheid

Eén van de mooiste stemmen in de popmuziek van de afgelopen 35 jaar is van een bassist met een breihobby en een veelzijdige geschiedenis. Een geschiedenis die haar bekendheid bracht als zingende sidekick van Black Francis in The Pixies, die succes bracht als zangeres van The Breeders met tweelingzus Kelley, en ook leidde tot drugsverslaving en verschillende afkickperiodes, en nu, op 63-jarige leeftijd , naar een debuutalbum Niemand houdt meer van je.

Dit titelnummer biedt tederheid, gevangen in een suikerzoet arrangement, met schetterende trompetten en de echo van jaren zestig crooners, alsof Deal met al haar melancholie en levenservaring terug in de tijd reisde op zoek naar onschuldige romantiek.

Maar de Amerikaanse Kim Deal is nooit uitsluitend romantisch. De dreiging dwarrelt langs haar liefdevolle – maar ook beklemmende – woorden: ‘I mean to tell you/ Nobody loves you more’, violen krassen op de achtergrond alsof er een mes wordt geslepen. Deal klinkt als een donkere eenpersoonsversie van een meidengroep á la The Shangri-Las.

Haar stem is uitzonderlijk. Als ze gniffelt, pijnigt, stoer of onvast klinkt, klinkt het soms meer als miauwen dan als zingen. Soms kattig en vals, omdat Deal niet aardig is. En ze is ook niet uitsluitend stoer. Haar zelfbenoemde navolgers zijn de inmiddels populaire zangers en zangeressen Waxahatchee in Olivia Rodrigo (die haar op tournee vroeg), die het bitterzoete geluid van Deal kopieerde.

Nu Kim Deal eindelijk haar eigen weg kan gaan, klinkt ze bevrijd. In de nummers zigzagt ze van gruwelijke Breeders-achtige rock in ‘Disobedience’, naar nette rock met strijkers en grindige metalgitaar in ‘Big Ben Beat’. Er is het volwassen verlangen van ‘Come Running’, waarin twijfel omslaat in moedeloosheid. Zelden werd de liefde zo somber gezongen als in de versleten zang van Kim Deal. Slechts af en toe sprankelt het gif, of de levenslust.

Voor ‘Are You Minę?’ werd ze geïnspireerd door haar jeugdliefde voor crooners als George Jones en Waylon Jennings, en vertaalde ze hun sleur in sluwe vrouwelijkheid.

De tekst van dit nummer is ontleend aan een dagelijkse beslommering, omdat Deal zorgde voor haar moeder, die op dat moment aan dementie leed. ‘Ben jij van mij?’ was een van de opmerkingen van haar moeder.

Hier werkte ze samen met muzikanten als Breeders-drummer Jim McPherson, zus Kelley, Josh Klinghoffer (van de Red Hot Chili Peppers) en Dave Easley op pedal steel. De productie werd grotendeels gedaan door de Steve Albini overleed dit jaar. Samen klinken ze ruw of elegant, stevig of transparant.

De omslagfoto toont Deal alleen op een klein eiland omgeven door blauw water. Ze verwijst naar de Nederlandse performancekunstenaar Bas Jan Ader die in een klein zeilbootje de Atlantische Oceaan wilde oversteken, maar van wie na zijn vertrek van de Amerikaanse oostkust niets meer vernomen werd. Ze houdt van de ‘zwarte humor’ in zijn werk, aldus Deal. Op het eiland staat ze met een flamingo, een gitaar en een versterker. Een overlevingspakket.

Hester Carvalho


Ook uit



dans
Bibio – Phantom Steenfabrieken (LP II)

Met Bibio kan het nog alle kanten op, nu brengt hij een vervolg uit op een eerder ambient project. Het concept erachter gaat over fotografie, verlaten locaties, verval. Maar bovenal zijn er echo’s van composities die ooit gedetailleerder waren geweest, pianonoten die uiteenvallen voordat ze een melodie vormen, afstandelijk gemompel. Moeilijk vast te houden en toch mooi. (Ralph-Hermen Huiskamp)



klassiek
Jojo Ma en Kathryn Stott – Merci

Als tienjarig talent speelde de Britse pianiste Kathryn Stott voor de beroemdste muziekpedagoog van de vorige eeuw: de Française Nadia Boulanger. Nu, bijna zes decennia later, gaat Stott met pensioen. Haar laatste wapenfeit is het album Merci met cellist Yo-Yo Ma, een van haar vaste muzikale partners. Een prachtige ode aan Boulanger en de componisten die haar gevormd hebben. (Joost Galema)



klassiek
Kristian Bezuidenhout & Freiburg Barokorkest – Mozart: Pianoconcerten 19 & 23

Als de Freiburgers en fortepianist Kristian Bezuidenhout zich in de pianoconcerten van Mozart storten, maak dan je veiligheidsgordel vast. Met hun vijfde album zijn ze inmiddels bijna halverwege alle 27 pianoconcerten. En net als bij hun Beethovens blijft het plezier en de helderheid van het spel naar voren komen. Het maakt van elke nieuwe release een feestje. (JG)



punk-
Diverse artiesten – De vorm van punk die zal verdwijnen

Gepubliceerd in 1998 De vorm van de toekomstige punk van de Zweedse (post-)hardcoreband Refused. Typisch gevalletje van: te vroeg. Niemand begreep het, na een paar maanden ging de band uit elkaar, jaren later noemde iedereen de plaat ‘de Sint-Pepper van de punkrock’. Maak je klaar om zo’n meesterwerk te coveren. Het is moedig dat bands als Idles, Brutus en Zulu het proberen, maar het origineel blijft oneindig veel beter. (Frank Provoost)



jazz
Kika Sprangers – (Oneindigheid

Je onderschat misschien het zachte, meanderende geluid van saxofonist Kika Sprangers. Dat is ook prima; je kunt je laten meeslepen door haar ruime nachtjazz zonder dat je de wekker hoeft te zetten voor de volgende ochtend. Maar let op, en je hoort de rijke instrumentatie, de smaakvolle details, prachtige zang. En dan wordt het soms toch weer koppig, in samenwerking met haar Large Ensemble vol sterke solisten. (PvdP)




Related Articles

Back to top button