Ontwerper Femke Hoppenbrouwer: ‘Je wilt dat er elke dag iets gebeurt waar je van tevoren niet aan had gedacht’
Femke Hoppenbrouwer (26) stapt soepel op een rode scootmobiel. Ze draait de snelheidsknop van de haaspositie (snel) naar de schildpadpositie (langzaam). Dan versnelt ze en begint rondjes te rijden. ‘Dit is de pirouette,’ zegt ze terwijl ze ronddraait. Vervolgens rijdt ze naar het einde van de parkeerplaats, waarna ze slalommend rond denkbeeldige kegels naar voren snelt. “En dit is swingend.”
Ze leende een scootmobiel bij een fietsenwinkel in Utrecht, haar woonplaats, en benadrukt dat ze er normaal gesproken niet op rijdt. Maar ter gelegenheid van dit interview wil ze graag een aantal danspasjes laten zien die ze ontwikkelde voor haar project The Scootmobiel Dance Collective. Daarin voert een groep scootmobielgebruikers – veelal ouderen – een choreografie uit vanaf hun scootmobiel. De danspassen worden op vier wielen uitgevoerd en bestaan vooral uit ritmisch en synchroon bewegen.
De choreografie maakt gebruik van de mogelijkheden en beperkingen die een scootmobiel biedt. Hoppenbrouwer zet haar auto in de achteruit en er klinkt een hoog piepgeluid: een automatische indicatie dat de scootmobiel achteruit rijdt. “Je kunt dat niet uitschakelen, dus hebben we het omarmd”, zegt ze. “Als alle dansers dat geluid tegelijkertijd maken, ontstaat er een soort orkest.”
Het Mobility Scooter Dance Collective is geen rariteit, zegt ze. Als sociaal ontwerper gebruikt Hoppenbrouwer “design en kunst om sociale doelen te faciliteren.” Voor haar master Social Design aan de Design Academy Eindhoven deed zij een jaar lang onderzoek naar de sociale functie van scootmobielen. Ze reed met scootmobielclubs en concludeerde dat er een stigma op scootmobielen rust: ze zouden symbool staan voor ouderdom, ziekte en zwakte. Volgens Hoppenbrouwer is het andersom. Het zijn ‘nieuwe benen’, ‘een verlengstuk van je lichaam’ en ‘iets om je autonomie mee terug te winnen’, zegt ze vanuit de rode kar. “De scootmobiel is veel meer dan alleen maar weer kunnen bewegen. Het is echt een middel om weer sociaal contact te hebben.”
Afstudeershow
Om het stigma te doorbreken en te bewijzen dat de scootmobiel een vorm van is “zelfbekrachtiging” is, richtte Hoppenbrouwer in 2023 als afstudeerproject The Scootmobiel Dance Collective op. Haar documentaire daarover was datzelfde jaar te zien op de Dutch Design Week, als onderdeel van de afstudeershow van de Design Academy. Een jaar later werd ze gevraagd haar project opnieuw te exposeren. Dit keer omdat ze genomineerd was voor een Dutch Design Award. Het Scootmobiel Dance Collective was in 2024 verder te bewonderen in Boekarest (LeiLei Gallery), Den Haag (Heden Galerie en The Balkon) en Milaan (Milan Design Week).
Maar Hoppenbrouwers oeuvre als sociaal ontwerper is breder dan scootmobielen. Vorig jaar was dat van haar ook Bikini-trui te zien tijdens Dutch Design Week, in de Duty Free Zone. Dat was een satirische tentoonstelling over de ‘luchthavenervaring’ die ze samen met Nils Axen, Fedora Boonaert en Clara Sika cureerde. Ze maakt ook tassen: de FEMK-tasmet ondertiteling Een zak in een zak in een zak. Het is in feite een imitatieleren matruskja: een grote tas, waarbinnen een kleinere tas zit, waarbinnen een heel klein tasje zit.
“Ik werk vooral met film, fotografie en textiel”, zegt ze. De rode draad in haar werk is ‘het bevragen van patronen die we dagelijks tegenkomen, of we daarin vastzitten of ze in beweging hebben gebracht’. Maar dat gaat gepaard met “een zekere dosis lichtheid”. “Voor mij moet er altijd een klein grapje in zitten, of een soort doordachte gedachte.”
Dat wordt duidelijk in Het Scootmobiel Danscollectief, denkt ze, omdat via dans stigma’s rondom ouderdom en immobiliteit in vraag worden gesteld. En bij de Bikini-trui? Het werk is precies wat de naam doet vermoeden: een trui gemaakt van tweedehands bikini’s die Hoppenbrouwer in kringloopwinkels vond. “We hebben ooit de seizoenen als concept bedacht. Maar de grenzen daartussen zijn door de klimaatverandering steeds vager geworden.” Hierdoor kan elk kledingstuk in elk seizoen van pas komen. “Het fenomeen van een winterkast of zomerkast, waarbij mensen in de winter al hun zomerkleding naar een opslagruimte brengen en de winterkleding in de kast leggen en andersom, is niet meer zo staccato. Er is niet langer zo’n harde grens.” De Bikini-trui combineert warme en koude kleding en illustreert daarmee ‘het schizofrene karakter’ van het Nederlandse klimaat.
Van FEMK-tas kwam vooral voort uit “makersinstinct”. Hoppenbrouwer had een grote tas nodig omdat ze vaak met veel spullen in de trein reist. Daarom maakte ze een ronde crossbodytas waar al haar spullen in passen. Van het restmateriaal heeft ze vervolgens een kleinere schoudertas gemaakt. En het restmateriaal daarvan werd een kleinere tas, waar nauwelijks iets in past. Als grap.
Prima kind
Hoppenbrouwer wordt gedreven door iets dat zij omschrijft als “een oergevoel”. “Voor veel mensen verdwijnt dat oerkind als ze opgroeien. En daarmee verdwijnen ook de wilde ideeën en het enthousiasme. Kinderen schamen zich bijna nooit om met een vreemde te praten, maar voor volwassenen is het vaak een barrière. Terwijl iedereen zegt: ‘Ik zit in mijn bubbel, ik moet uit mijn bubbel’. Het is echt zo simpel als een grapje maken bij de bushalte om uit te breken.”
Ik ben heel nieuwsgierig, als ik ‘nee’ zeg, heb ik het gevoel dat ik de hele wereld mis
Wat ze vaak doet, is reageren op gevoelens die anderen normaal gesproken onderdrukken omdat ze niet in overeenstemming zijn met rituelen en conventies. “Voor mij is er geen onderdrukt gevoel meer. Er zijn simpelweg twee mogelijkheden: ik doe iets of ik doe iets niet. En ik zal altijd ja kiezen. Ik ben heel nieuwsgierig, als ik ‘nee’ zeg, heb ik het gevoel dat ik de hele wereld mis.”
Via deze filosofie vond Hoppenbrouwer ook een aantal dansers die deelnamen aan The Scootmobiel Dance Collective. Aanvankelijk deden alleen leden van scootmobielclub de Blijderijders uit Veghel mee. Door annuleringen had ze een aantal nieuwe deelnemers nodig. “Toen heb ik een fiets gehuurd in Veghel en ben ik door de stad gaan fietsen, in de hoop mensen op een scootmobiel te ontmoeten en te overtuigen. Ik heb vijf mensen benaderd en drie van hen wilden meedoen.”
Eén van hen was de 92-jarige Wim: een technische man die zijn hele leven bij DAF werkte en niet wist dat hij creatief was. “Maar op een gegeven moment belde hij mij en zei dat hij een dansmove had bedacht.” Het heette de waterlelie. Hoppenbrouwer kan het niet nadoen op haar scootmobiel, omdat het een groepsbeweging is die het openen van een waterlelie voorstelt. Wim overleed een week na het optreden van Het Scootmobiel Dans Collectief op de Dutch Design Week in 2023. “Ik was bij de afscheidsdienst en zat als een trotse coach achterin de zaal. Ik dacht: hij bewees zichzelf tot het laatste moment. En dan keken we niet alleen naar sentimentele diavoorstellingen, maar ook naar beelden waarin hij danste.”
“Wim drong er altijd op aan dat we dit met duizenden moesten doen, met honderden mensen in de RAI of Carré in Amsterdam”, lacht Hoppenbrouwer.
Haar eigen ambities liggen daar niet ver vanaf. Dit jaar wil ze een passend vervolg geven aan The Scootmobiel Dance Collective, haar ‘levensproject tot nu toe’. Haar droom is dat er een scootmobieltheatertour door Nederland of de wereld komt, waarbij wordt gewerkt met lokale dansers.
Bovendien wil ze gewoon haar kijk op de wereld met anderen delen. “Zodat andere mensen hun vreemde kanten een beetje kunnen ontdekken. Anders wordt het saai.” Hoppenbrouwer is bang dat ‘er een eindpunt is’. “Dat dit het is en dat we het op deze manier zullen blijven doen. Je wilt eigenlijk elke dag opstaan en iets laten gebeuren waar je van tevoren niet aan had gedacht. En achteraf kun je zeggen: dit is precies de reden dat ik ben opgestaan.”
NRC presenteertDe rijzende sterren van 2025