Tien meter hoog in de nok van Carré, zonder vangnet
Een circuspaard zuigt aan de backstagepas die om de nek van de circusdirecteur hangt. Hij blijft het paard nietsvermoedend aaien. “O nee!” zegt Rudy Hellewegen (45) lachend. De nieuwe circusdirecteur van het World Christmas Circus grijpt net op tijd het touw voordat de pas in de mond van het paard verdwijnt.
De paardenstal staat voor de artiesteningang van Koninklijk Theater Carré in Amsterdam, waar dit jaar de 38e editie van het Wereldkerstcircus wordt gehouden. Sinds de eerste show in 1985 zijn er nog nooit zoveel bezoekers geweest als vorig jaar: 70.000. Het circus verwacht dat het recordaantal dit jaar wordt overtroffen.
De avond voor de generale repetitie laat Hellewegen de voorbereidingen voor de show zien tijdens een tournee in Carré. “Mag ik hem alsjeblieft een wortel geven?” vraagt hij. “Doe dat niet, daar worden de andere paarden jaloers van”, zegt een van de paardenverzorgers. Ze werken voor Flavio Togni (62), een Italiaanse paardenfluisteraar die met zijn dertien hengsten voor het eerst optreedt in het World Christmas Circus. Het circus heeft vijftien acts uit verschillende landen samengebracht.
Hellewegen staat voor de kleedkamer van Togni en wijst naar zijn foto. “Ik merk dat alle artiesten Flavio met groot respect behandelen.” Volgens hen is Togni een boegbeeld in de circuswereld: hij is al sinds zijn zestiende circusartiest en dierentrainer. “In Italië heeft hij zo’n vijftig paarden en een eigen circus waarmee hij reist”, zegt Hellewegen. Ook had hij shows met olifanten, tijgers, kamelen en leeuwen.
Foto’s: Simon Lenskens
Nieuwe circusdirecteur
De kleedkamer van Hellewegen, die hij deelt met twee clowns, ligt naast die van Togni. Het is voor Hellewegen de eerste keer dat hij in de circusring van Carré staat. Hij is doorgaans tourmanager voor musicals en speelt tijdens Halloween de gevreesde Eddie de Clown in attractiepark Walibi Holland. Nu is hij de ceremoniemeester die artiesten aankondigt, het publiek tussen de acts door entertaint en achter de schermen iedereen bij elkaar houdt.
Naast een kaptafel hangt zijn op maat gemaakte pak met gouden kwastjes en knopen en een zwarte hoge hoed. “Het rode fluweel van het jasje moet matchen met de stoelen in Carré.” Hij streelt het jasje. “Ik hoop dat het publiek de twinkeling in mijn ogen opmerkt, want het laat zien wat ik als kind dacht over het mogen presenteren van het Wereldkerstcircus.”
Hellewegen loopt richting de circusarena, de grootste zaal van Carré, waar de circusartiesten in zeventien dagen vijftig keer zullen optreden. Een paar jongens vegen glitters van de vloer en een van de acrobaten van de Arabische groep Mustafa Danger glijdt nonchalant van een bijna tien meter hoge steiger naar beneden.
Ze oefenen hun ‘levensbedreigende’ trapeze-act uit en ook Danger, de leider van de groep, hangt in de steigers. “Ik kan dit niet één keer doen zonder mijn benen te breken”, grapt Hellewegen.
Foto’s: Simon Lenskens
Angst voor de dood
Bovenaan de arena hangen touwen voor de luchtacrobatiek waarmee een acrobaat uit Frankrijk repeteert. “Gisteren is ze helaas een beetje op haar voet terechtgekomen. Het was even spannend, maar gelukkig viel het mee.” De kans bestaat dat een van de acrobaten dood neervalt, omdat er geen vangnet is om ze te vangen. “Rot gezegd klopt dat, maar dat is hun taak: de totale inspanning om dat niet te laten gebeuren. Het publiek ervaart angst, spanning en sensatie.”
Het World Christmas Circus staat bekend om zijn traditionele shows met ondeugende clowns en acrobaten die op een koord lopen. Hellewegen: “Artiesten uit Rusland, Spanje en het Chinese staatscircus doen mee. We hebben ook koppels uit Moldavië, Oekraïne en Peru.” Daarnaast hebben sommige artiesten hun klassieke act een moderne twist gegeven. “Er treden bijvoorbeeld voor het eerst breakdancers op in de arena gloed in het donker pakken (lichteffecten) uitvoeren.”
Hellewegen wil ook moderne elementen aan zijn presentatie toevoegen. “Als je vasthoudt aan de klassieke benadering van het aanspreken van het publiek, kunnen de kinderen zich over het hoofd gezien voelen.” Volgens hem zijn de kinderen in het publiek het belangrijkst, omdat het vaak hun eerste ervaring is met entertainment in het theater. Zal hij de traditionele openingszin gebruiken waarmee circusdirecteuren het circus openen? “Natuurlijk. Zeer gerespecteerd publiek!” schreeuwt hij uit volle borst.