Lifestyle

‘Wintersportvrees is echt. Zelfs in het schattige dorpje ‘Winter vol liefde’ Mike ‘

Bij ons thuis

Door Franke van Hoeven··Gewijzigd:

© Istock 'Wintersportvrees is echt. Zelfs in het schattige dorpje 'Winter vol liefde' Mike '

RTL

Journalist Franke blogt elke woensdag over de avonturen van haar familie. Deze week komt ze erachter dat ze het helemaal niet leuk vindt, wintersporten. “De sleepachtige lift bleek eng.”

Het begon daar op de weg. Hubby had een route gekozen die niet was bezaaid met haarspeldbochten, maar die niet succesvol was. In de derde hoek omhoog sloeg mijn hart in mijn keel. Puk (13) en Olle (10) hadden hun tabletten geplaatst om naar buiten te kijken. Olle zei: “Moet je zien hoe hoog we zijn. Zie je het, mama?”

“Laat mama met rust,” zei ik nerveus en concentreerde ik me op mijn kalmerende afspeellijst die ik speciaal voorlopig had gemaakt. Ik sloot mijn ogen en luisterde naar een Tibetaanse panfluit totdat we in het dorp waren. “Een trein gaat naar boven, dan hoef je niet in de ski -lift te gaan,” had manlief het dorp aanbevolen. Hij weet hoe eng ik ski -liften vind. Omdat: je zult er gewoon uit vallen, precies meer dan honderd meter diep.

Adrenaline

Gelukkig zijn we toch niet de trein binnengekomen en begonnen we op de helling van de kinderen waar MikeBekend sinds dit jaar door Winter vol winteronderwezen. Het was perfect: twee slepenliften, niet hoog, geen drukte, lieve kinderen. Ik zou dat kunnen hebben. Ik dacht. De tweede sleeplift bleek veel smaller dan verwacht en het hoogste stuk hellingen dat ik niet van de adrenaline kwijt was zonder stijf te zijn.

Het duurde drie dagen voordat ik ervan durfde.

Franke Van Hoeven is een freelance journalist en schrijver van 'I Think I Can Do It', de handleiding voor een ontspannen eerste jaar van moederschap.© BENTE MARIA HILKENS FOTOGRAFIE
Franke Van Hoeven is een freelance journalist en schrijver van ‘I Think I Can Do It’, de handleiding voor een ontspannen eerste jaar van moederschap.

Hubby en Puk (13) werden verveeld en waagden zich in de zwaardere hellingen. Ollie en ik bleven rommelen in de weide van de kinderen. In de tussentijd wist ik dat mijn angst voor ski -lift niets te maken had met hoogtevrees, maar met een algemene angst voor de winter.

Zelfs op een ski -heuvel zo hoog als een gemiddelde typisch Nederlandse duin, was ik niet alleen bang om uit de sleeplift te vallen, maar ook om door een maniak te worden geperst, door een hek te fluiten of over iemand zelf te skiën, zoals zo’n schattig Verpakte peuter.

Een groot gevaar

“Dat gebeurt niet, Gekkie,” verzekerde Hubby. “Wel!”, Zei ik, en als bewijs legt mijn telefoon onder zijn neus. Omdat we de grens met Oostenrijk waren gepasseerd, hadden mensen films gepasseerd van mensen die uit liften vielen, hard op hun mond gingen en botbreuken kregen. Nee, voor mij had dit niets te maken met mooie beweging in de zon en knetterende sneeuw, maar met één groot gevaar.

“Ik kan Witteman doen, net als Sylvia?” Ik stelde voor. “Ze schrijft altijd in haar kolommen dat ze niet zelf aan de gezinsactiviteiten heeft deelgenomen. Dat wil ik ook.” En zo gebeurde. Terwijl de kinderen met manlief de blauwe hellingen in het gebied verkenden, vertrok ik naar het plaatselijke zwembad, ging de sauna in en twijfelde in menig toeristenwinkel of ik al dan niet zo’n gekke koekoekklok zou moeten kopen.

Schillen van Mike

De trein was vooral bedoeld voor mij, maar ik zou het niet aannemen, zoveel was duidelijk. Mijn wintersport vrij was echt. Zelfs in dit schattige dorp.

Vanuit de tuin van ons appartement zat ik buiten in zonnige middagen met een boek en keek uit naar de Children’s Meadow waar Mike werd geleerd. Om eerlijk te zijn, dacht ik dat dat opwindend genoeg was.

Related Articles

Back to top button